Zelfvoorzienend qua energie

De voorlopige uitgangspunten van ons energieplan zijn;
Genoeg is Meer; opwekking en verbruik moeten afgestemd zijn op elkaar om initiële kosten zo laag mogelijk te houden. Oftewel; jaarlijkse energiekosten: netto 0 euro (of zelfs kleine winsten), aanschafkosten: zo laag mogelijk.

Opwekken:
– energie moet lokaal op te wekken zijn; zoals met zonnepanelen, zonnecollectoren en windmolens
– energiebronnen moeten schoon en hernieuwbaar zijn; zoals wind- en zonne-energie
– energieopwekking en -opslag moet lowtech waar mogelijk en hightech waar efficiënter

Verbruik:
– liefst energieloze alternatieven; dikke muren die de warmte en koelte vasthouden en andere passieve gebouweigenschappen, een voorraadkast of kelder i.p.v. een koelkast en een hooikist om eten te laten garen, natuurlijke ventilatie
– zo zuinig mogelijke apparaten of alternatieven; zoals een gezamenlijke wasserette en vriesruimte, hoog-efficiënte apparaten, ventilatoren i.p.v. airco, ledlampjes, douche met warmteterugwinning en innovatieve straatlantaarns met bewegingsdetector
– slim ontwerp van woningen; zoals de douche, keuken en boiler dichtbij elkaar
– opletten met gedrag; zoals apparaten niet aan laten staan bij afwezigheid, toepassen van stand-by killers e.d.

Er zijn vier vormen van energie in onze huizen:
1. Elektriciteit
Dat willen we opwekken met voornamelijk zonnepanelen. We slaan alle energie op in een slimme accu. Die slaat eerst alle opgewekte energie op in zichzelf en stuurt het daarna pas naar het net. Als je energie verbruikt, wordt eerst de accu leeggemaakt en daarna pas van het net gekocht, in de vorm van goedkopere nachtstroom.
Eventueel sluiten we alle huizen op elkaar aan in een micro-smart grid. Dan worden eerst alle accu’s in het hele dorp leeggemaakt voordat we een stuiver uitgeven aan elektriciteit van het net.
2. Warmte voor tapwater (douche en kranen)
Al het warm water wordt opgeslagen in een goed geïsoleerde warm watertank. Het water wordt op drie manieren verwarmd:
– in zonnecollectoren op het dak (als de zon schijnt)
– met een warmtewisselaar in de kachel (als het koud is)
– met een elektrische verwarming in de watertank zelf die minstens één keer per week de temperatuur van het water hoger dan 60 graden brengt (tegen legionella).
3. Ruimteverwarming
We krijgen vloerverwarming in het verwarmde deel van het huis. Met een warmtewisselaar wordt de buitentemperatuur gebruikt om warmte uit te onttrekken.
4. Koken
We gaan elektrisch koken.
Ook willen we in elke keuken (desgewenst) een hooikist plaatsen. Dan gebruik je alleen energie om het water aan de kook te brengen en in de kist kan het gaar worden. Dat scheelt ontzettend in de energiekosten van het koken.